afb.
De Pieter Borstraat begint bij de Aartshertogenlaan en eindigt bij de Van Rijckevorsel van Kessellaan. De straat is genoemd naar Pieter Bor (Utrecht 1559 - Haarlem 1635), Nederlands historicus en vanaf 1578 notaris te Haarlem. Bijna zijn gehele leven werkte hij aan de eerste grote, grondige geschiedschrijving van de Tachtigjarige Oorlog (1568 - 1648), in Noord-Nederland ook wel De Opstand genoemd. In de loop van een aantal jaren publiceerde Bor er 37 boeken over, verspreid over 6 delen. Het eerste deel verscheen in 1595 onder de titel 'Oorsprongk, begin ende vervolgh der Nederlantschen oorloghen, beroerten ende burgerlijcken oneenichheden'. Dit eerste deel omvat de drie eerste boeken van het gehele werk en beschrijft de geschiedenis van de jaren 1555 tot 1567, dus de voorgeschiedenis van De Opstand tegen Spanje. In 1602 volgde het tweede deel, wederom drie boeken bevattend, dat de geschiedenis van de opstand tot het vertrek van Alva in 1573 beschrijft. Dat het geschiedkundig werk van Pieter Bor werd gewaardeerd, bleek uit de steun die hij van overheidswege ontving: de Staten van Utrecht kende hem een jaargeld van 100 gulden toe. Bovendien werd hem als particulier toegang verleend tot de charterkamer van Holland, een bijzonder privilege. Het duurde jaren voordat Bor klaar was met het vervolg van zijn levenswerk. In 1621 verschenen twee delen van de nieuwe uitgave van de 'Oorsprongk, begin ende vervolgh der Nederlantschen oorloghen, in XVIII boecken beschreven'. Deze delen behandelen de geschiedenis van de opstand tot de moord op Willem van Oranje in 1584. In 1626 verschenen opnieuw twee delen, die het geschiedkundig verhaal voortzetten tot de inname van Breda in 1590. In 1630 werd het vijfde deel voltooid, in 1637 het zesde en laatste deel dat eindigt met de Slag bij Nieuwpoort (juli 1600). De grote waarde van Bors werk zit besloten in het gegeven dat hij vele documenten in extenso heeft afgedrukt. Daardoor hebben zijn boeken de betekenis van een archief over de geschiedenis van de Tachtigjarige Oorlog. In 1630 verscheen zijn 'Gelegenheyt van 's Hertogen-Bosch, vierde hooft-stad van Brabandt, haar oorspronck, fundatie ende vergrootinge, verscheiden hare belegeringen, ende eyndlijcke overwinninge, verrassinghe ende inneminghe'. In feite was dit de eerste gedrukte geschiedenis van 's-Hertogenbosch. De Bossche gemeenteraad heeft daarom op 29 oktober 1937 naar deze Hollandse historieschrijver een straat vernoemd in de Vliert. | 5 |
In moeilijke tijden is de mens eerder geneigd zijn eigen gedachten, ervaringen op papier te zetten. Dat betekent, dat bijvoorbeeld het Bossche Stadsarchief verschillende dagboeken heeft van inwoners van onze stad, geschreven in de jaren 1940-1945, vooral de tijd van de bevrijding: najaar 1944. Over de moeilijke dertiger jaren in 's-Hertogenbosch zijn ons geen dagboeken bekend; evenmin over de periode van herstel na de oorlog gedurende de vijftiger jaren. Dit is geen verschijnsel van onze twintigste eeuw; dat is al veel eerder gebeurd. Vooral gedurende de opstand tegen Spanje, de Tachtigjarige Oorlog, is een groot aantal dagboeken bijgehouden. Bosschenaren deden dat bijvoorbeeld bij het beleg van 1629; dat hen persoonlijk trof.
Gedurende deze opstand leefde ook Pieter Bor. Hij was in 1559 geboren in Utrecht als zoon van een apotheker. Zijn ouders hadden hem voorbestemd om notaris te worden; dat zou een prachtige loopbaan voor hun zoon zijn! Pieter Bor werd ook daadwerkelijk notaris. In 1578 verliet hij zijn geboortestad Utrecht en vestigde zich als notaris te Haarlem.
Intussen was in De Nederlanden de opstand begonnen. In welk jaar, is onduidelijk. Misschien in 1568 (begin Tachtigjarige Oorlog), maar misschien ook wel in 1566 met de Beeldenstorm. In ieder geval was het een turbulente tijd.
Pieter Bor interesseerde zich sterk voor deze moeilijke periode. Bovendien had hij een sterke belangstelling voor de geschiedenis. Het resultaat hiervan was dat in 1595 van zijn hand verscheen de 'Oorspronck, begin ende aenvang der Nederlanscher oorlogen, beroerten ende burgerlijcken oneenichheden. Waerachtige ende historische beschrijvinghe'. Het portret van Pieter Bor siert de titelplaat, omkranst met de symbolen 'tyt', 'historia', 'waerheyt' en 'onpertydicheyt'. Het zijn inderdaad de kenmerken van de historicus die Pieter Bor was. Het werk van Pieter Bor zou door hem zelf steeds verder uitgebreid worden. In 1634 verscheen het zesde deel, het 37e boek, in het jaar vóór zijn overlijden. Hij eindigde zijn werk met de Slag van Nieuwpoort (1600). Maar ook de periode ná dat jaar had zijn aandacht.
De verovering van 's-hertogenbosch in 1629 door Frederik Hendrik had de aandacht van heel West-Europa op zowel de overwinnaar als de overwonnen stad gevestigd. In 1630 verscheen van de hand van Pieter Bor zijn 'gelegentheyt van 's-Hertogen-Bosch'. De langere titel, die ook een beter overzicht van de inhoud geeft, luidt 'Oorspronck, Gelegentheijt, Fundatie ende Vergrootinge der Stadt van 's-Hertogenbosch, verscheyden belegeringe der selver stadt ende eijntlicke de veroveringe vandien'.
Pieter Bor beschreef in dit boek niet alleen de feiten rondom de belegering van 1629, maar schonk ook aandacht aan de geschiedenis van Brabant's vierde hoofdstad. Daartoe had hij verschillende kronieken geraadpleegd. In feite was dit boek van Pieter Bor de eerste gedrukte geschiedenis van 's-Hertogenbosch.
De Bossche Gemeenteraad heeft daarom naar deze in Utrecht geboren en in Haarlem overleden historieschrijver van De Nederlanden in 1937 een straat genoemd in de Vliert.
|
1985 |
Henny MolhuysenStraat en naam : Pieter BorstraatBrabants Dagblad donderdag 7 november 1985 |
5212 GG 1.. 7 5212 GG 2..44